ALASKA – THE COAST
Onderweg naar de kust trekken er donkere wolken over ons
hoofd voorbij en hebben we af en toe een flinke regenbui. We waren al
gewaarschuwd dat er aan de kust altijd meer bewolking en regen is dus dat zal
dan zo wel moeten. Sommige mensen, hier
in Alaska, beweren dat de zomer eigenlijk voorbij is en dat het vanaf eind juli
stilaan herfst wordt. Het weer in Alaska is iets raar, ze zeggen hier dat er
maar twee seizoenen zijn : 8 maanden winter en 4 maanden wegenwerken seizoen.
Dat is echt niet gelogen want overal zijn er wegenwerken en de herstelde wegen
zijn nog bar slecht, het is van Zuid-Amerika geleden dat we zo’n wegen vol
putten en gaten gehad hebben.
Onderweg naar Homer vinden we een schitterend
overnachtingsplekje aan de kust, we staan op het strand en genieten van een
schitterend uitzicht op twee vulkanen. Homer is een enorme tegenvaller, het is
er vuil en vies, overal liggen autowrakken en geroeste boten en het regent nog
ook. Zo snel we kunnen, verlaten we Homer
en rijden naar Kenai, een kustplaatsje waar, deze tijd van het jaar, duizenden
vissers samenkomen. Als we ’s avonds bij
Walmart parkeren , denken we eerst dat we per ongeluk op een camping gereden
zijn. Ik ben even over de parking gewandeld en heb 72 mobilhomes geteld en dan
zijn er nog veel die gewoon in hun auto slapen.
Bij de rivieren, in Kenai, staan overal vissers tot hun middel in het
water met reuzegrote schepnetten (dipnets), ze scheppen de zalm, die
stroomopwaarts aan het zwemmen is, gewoon op. Vissen noemen ze dat, elke
inwoner van Alaska mag 5 kilo , per gezinslid vangen en we zijn hier één van de
weinige auto’s zonder groot schepnet op. Seward, een kustplaatsje op een ander
schiereiland, is dan weer een meevaller. Het is gelegen aan een prachtige baai,
we kunnen hier een paar uurtjes van de zon genieten voor de hemelsluizen weer
opengaan. Terug op weg naar Anchorage rijden we, door de stromende regen, naar
Hope in de hoop op beter weer. Beter weer hebben we niet gevonden maar we zijn
onderweg Trijntsje en Ype tegengekomen, we hebben ons naast elkaar op een
parking gezet en zo een paar uurtjes bij gekletst. Het was een prettig weerzien
en ik ben zeker dat het niet de laatste keer is dat we elkaar zien.
Door een prachtig berglandschap rijden we naar
Valdez, een haventje aan de Prince William Sound waar we een dagcruise willen
maken. Als we ’s avonds parkeren aan een kleine baai zien we dat de zalm volop
stroomopwaarts aan het zwemmen is, dit is een waar vreetfestijn voor de
zeeleeuwen en voor de beren. We zien enkele keren een beer die zich tegoed doet
aan de grote zalmen en de zeeleeuwen die zwemmen gewoon met hun bek open door
de zee, we genieten van dit schouwspel. De dagcruise met Stan Stephens Cruises
was een schot in de roos, de boot was helemaal toegankelijk voor Jos, het
personeel supervriendelijk en de trip onvergetelijk. We varen door de Prince
William Sound en zien onderweg zee-otters lekker op hun rug, in de zee,
luieren. Onderweg naar Meares gletsjer passeren we glinsterende ijsschotsen waarop zeehonden liggen en zien
we ook nog een paar walvissen zwemmen. De gletsjer is het hoogtepunt van de
trip, we varen vlak langs de prachtige
ijsblauwe wanden van de gletsjer en het is onmogelijk om uit te leggen hoe mooi
dit is. Na Valdez gaat het terug richting Tok om dan via de Top of the World
Highway terug naar Canada te gaan.
Alaska stond op onze bucket list. Zowel de natuur als het
weer zijn ruw en ruig, de bevolking is een mengeling van Natives, goudzoekers,
avonturiers, vissers en hier en daar iemand die ergens anders gaan lopen is, in
Alaska kun je perfect in de anonimiteit leven, het is er groot genoeg. Alaska
is mooi, uitgestrekt, ruig maar toch
heeft Alaska , in tegenstelling tot sommige andere landen of staten, geen
speciaal plekje in mijn hart.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten