dinsdag 14 maart 2017

ZUID-ARIZONA

ZUID ARIZONA



Wij starten onze zoektocht naar storage voor de Josmobiel en algauw blijkt dat wij echt niet de enigen zijn die storage aan het zoeken zijn. We stoppen bij de eerste storage die we zien en daar is geen enkel plekje vrij maar die geven je dan weer een paar andere adressen. Zo rijden we van het ene bedrijf naar het andere en uiteindelijk na 11 keren “sorry we are full” is er eindelijk een plekje vrij voor de Josmobiel.  Het is een hele opluchting dat we een veilig plekje gevonden hebben voor de auto en nu resten ons nog twee weken in Arizona.

We hebben alletwee het gevoel dat we veel te vroeg vertrokken zijn uit Mexico en kunnen hier in het zuiden van Arizona onze draai niet goed vinden. Het verschil is te groot, van de vriendelijke, open Mexicanen ineens naar de stugge mensen in Phoenix, hier wonen niet bepaald de meest vriendelijke Amerikanen. Ik krijg het ook serieus op mijn heupen van de waanideeën die ze hier hebben over Mexico, als ze horen dat we de winter doorgebracht hebben in Baja en volgende winter naar Mexico willen gaan dan schudden ze verbaasd hun hoofd……………..zo gevaarlijk daar in Mexico.  Ze zitten hier in het zuiden van Arizona met duizenden bejaarden te overwinteren , allemaal met hun wapens bij en dan maar verhalen verzinnen over shooting incidents aan de andere kant van de grens. Het is op die enorme campings met overwinteraars gevaarlijker dan gelijk waar want elke bejaarde heeft minstens één geweer bij en volgens mij zijn daar ook wel eens shooting incidents.

We laten Phoenix en de overwinteraars achter ons en rijden een beetje verder naar het zuiden. Aan  het kerkje van Mission Xavier del  Bac stoppen we om Indian Fry bread te kopen. Op het plein voor de prachtige kerk verkopen de Indianen, uit het reservaat, Fry bread.  Het brood wordt in kokende olie gebakken, het is vet en waarschijnlijk niet echt gezonde voeding maar wel crimineel lekker. Tegen de avond vinden we een kampplaats op BLM land en dat is bijna altijd gratis. We staan in de heuvelachtige prairie, er zijn hier totaal geen voorzieningen en ’s nachts hoor je de coyotes, vlakbij de auto, huilen.  Een beetje verder naar het zuiden vinden we per toeval een wondermooi plekje, de kleine camping ligt verscholen tussen de bomen en is omringd door hoge rotsen.  De kleine camping doet zijn naam, Sunny Flats, eer aan want de zon schijnt volop en we besluiten hier drie dagen te blijven. We kunnen hier lange wandelingen maken en het plekje is vooral bekend bij vogelliefhebbers, dus Jos kan zijn hart ophalen.

We laten Sunny Flats achter ons en rijden over de bergen naar Chiricahua National Monument, het is een mooie rit over een smalle, steile gravelweg. Het is stil hierboven in de bergen, we zien een paar groepen herten en iets later zelfs een lynx. Het Chiricahua National Monument is een klein Nationaal Park, dit was vroeger het territorium van de Apache indianen. Ze waren hier heer en meester, hun kuddes graasden hier op de vlaktes en ze jaagden in de smalle kloven van dit prachtige natuurgebied. Als we hier rondrijden zie ik de Apachen bijna voor mijn ogen, ik zie ze zich schuilhouden tussen de rotsen en in de kloven op de vlucht voor de blanken.  De blanken hebben hier alle land van de Apachen afgepakt en ze hebben hen in reservaten gestopt in Oklahoma en in New-Mexico, verschrikkelijk.  Ik besluit een korte wandeling te maken naar één van de uitzichtpunten en spreek met de Jos af dat ik maar een half uur weg blijf. Ik vertrek, stom genoeg, zonder water of hoofddeksel naar het uitzichtpunt en daar heb ik waarschijnlijk een verkeerde weg genomen. Ik blijf maar lopen, zie nergens wegwijzers meer en ik krijg een verschrikkelijke dorst en na 2.5 u, in de brandende zon, kom ik eindelijk terug op de parking bij een dodelijk, ongeruste Jos aan.  Mijn lippen staan vol koortsblaren en ik ben misselijk en heb hoofdpijn, ik zal voortaan wel water meenemen en misschien ook een kaart.

We blijven nog een paar dagen in Phoenix en rijden de bekende Apache trail, over de bergen en dan wordt het stilaan tijd om in te pakken. We gaan langs een garage voor de nodige oliewissels,  we kopen nog gauw wat zomerkleding voor deze zomer in België en geven onze was af bij de wasserij. We zitten nu in de luchthaven van Phoenix, van hieruit vliegen we naar Atlanta/Georgia en daarna verder naar Amsterdam.  We hebben een geweldige winter gehad in Baja California en onze volgende winter willen we ook weer in Mexico doorbrengen.  De laatste weken in Arizona viel er nog van alles te regelen maar we hebben toch nog een paar mooie stukjes natuur gevonden.

Het zal weer aanpassen zijn in België, terug in een huis wonen, minder zon en veel meer mensen maar het zal heel goed doen om onze familie en vrienden weer terug te zien.  Tot de volgende reis.




donderdag 2 maart 2017

AFSCHEID VAN BAJA




Hoewel we nog in het zuiden van Baja zijn, beginnen we stilaan afscheid te nemen van Mexico.


We rijden voor de laatste keer het Tecolote strand op, we blijven hier om de 66ste verjaardag van Gebhard te vieren.  We hebben Gebhard & Liesl ergens onderweg leren kennen en we zijn mekaar steeds weer, op de meest onverwachte plaatsen, tegen gekomen.  De volgende dag nemen we afscheid van onze vrienden en vanaf nu gaat het, heel traag maar zeker, richting USA.


Na enkele dagen, altijd recht op recht door de saaie pampa’s, slaan we een gravelweg in naar de kust. De stoffige gravelweg voert ons door de bergen, soms gaat het redelijk steil omhoog en weer naar beneden. De Josmobiel kreunt en kraakt weer, wij zijn helemaal door mekaar geschud en het zand komt langs elke spleet in de mobilhome binnen.
Maar als we boven komen is al het ongemak vergeten : wat een uitzicht !!! We zetten de auto aan de kant en zitten stilletjes te genieten van dit prachtig stukje natuur.  Als we beneden aan de kust komen, zien we een klein dorpje met een strandje, Playa San Cosme. Dit is voor een paar dagen onze plek, er staan nog twee andere mobilhomes en dat zijn gelijkgestemden want anders rijdt je niet helemaal tot hier. De mensen van dit afgelegen dorpje leven heel eenvoudig, geen stromend water, geen elektriciteit maar het is wel heel opvallend hoe vriendelijk, rustig en blij de mensen hier zijn.


Op Playa Requeson, een droomstrand, waar we altijd moeilijk weggeraken, koop ik eindelijk iets van de verkopers. Ze komen met hun auto’s vol spullen alle dagen langs alle stranden en proberen je iets aan te smeren.  Dezelfde verkoper komt al weken langs onze mobilhome, ik zeg alle dagen nee en hij komt trouw elke dag weer. De laatste dag dat we daar zijn, zegt hij dat zijn hart breekt omdat ik niets koop en dat mogen we niet laten gebeuren dus laat ik me met een glimlach flink afzetten.


Langs de stranden tussen Loreto en Mulegé, waar we ook weer een paar dagen blijven hangen,  rijden we naar San Ignacio om walvissen te zien, deze tijd van het jaar zijn er heel veel grijze walvissen in de baai van San Ignacio, ze gaan daar met hele kleine bootjes het water op en wachten rustig tot de walvissen naar de bootjes komen.
De bootjes liggen in de branding en er is nergens een steiger, ik vraag me luidop af hoe Jos aan boord moet geraken. De Mexicanen lachen hun witte tanden bloot en zeggen : “no problema señora, tranquillo” en ik geloof ze op hun woord.   ’s Morgens zijn we al op tijd bij de bootjes en inderdaad, het is geen enkel probleem. Twee Mexicanen dragen de Jos, al lachend door het water, naar het bootje en ik kan je verzekeren : hier wordt een mens blij van.
Het was een fantastische schouwspel, overal waar je keek, zag je walvissen.  Op een gegeven moment waren er vijf van die enorme kolossen rond ons, ze zwommen naast en onder ons piepklein bootje door. Het water bruiste en kolkte en een beetje bang maar zo gelukkig genoten we van de indrukwekkend grote, zachtaardige reuzen.  Jos werd weer vakkundig van boord gedragen en moe maar voldaan rijden we terug naar San Ignacio. 
Dit charmante dorpje is een oase van rust en stilte, het ligt verscholen tussen de citroenbomen en dadelpalmen en op de kleine Plaza lijkt het of de tijd heeft stilgestaan. Dit is het perfecte decor om zo’n dag, met een lekkere Margarita, af te sluiten.


Verder naar het Noorden blijven we nog een paar dagen op een strand hangen om al onze groenten, fruit en vlees op te eten want dat mag je niet binnenbrengen in de USA. Het is zover we staan, met een lege ijskast, aan te schuiven om de USA binnen te rijden. We rijden langs de muur (die er al jaren staat) en het is grappig om te zien dat de Mexicaanse verkopers de muur gebruiken om hun koopwaar aan op te hangen. De grensformaliteiten gaan heel vlotjes, de douanes zijn heel vriendelijk en we worden hartelijk welkom geheten in de USA.

We hebben een zalige winter doorgebracht in Baja het was meer dan dat, we voelden ons daar echt thuis. De Mexicanen zijn een warm, vriendelijk en opgewekt volk, het is er rommelig en alles verloopt er een beetje chaotisch maar dat heeft ook zijn charme. Het eten in Mexico is echt goed, zelfs op straat aan de typische eetstandjes kan je goed eten.  We hebben regelmatig vis gekocht bij de vissers aan de stranden en groenten en fruit kan je overal, langs de kant van de weg, in overvloed kopen.  Wat het weer betreft, dat was schitterend. We zijn 10 december binnengekomen in Mexico en we zijn 25 februari terug vertrokken  en  in deze periode hebben we twee keer regen gehad, in de winter regent het zelden in Baja.  Het is, vooral in het zuiden, heel de winter warm en zonnig en wij gaan zeker en vast terug komen.


We zijn nu in Arizona en we gaan, in Phoenix, op zoek naar storage voor de Josmobiel, die het trouwens supergoed gedaan heeft en nu wat rust verdient.