woensdag 1 augustus 2012

Back home in the USA


Woensdag 25 juli
 

Een hele gelukkige verjaardag Koen


Back Home, we zijn terug waar we ons het beste thuis voelen, de USA.  Het laatste stuk in Canada, zuidelijk van Calgary, was oersaai en het regende dus zijn we maar ineens doorgereden naar de grens.  De Border Patrol van de USA was een fluitje van een cent, het waren heel toffe mannen die eigenlijk meer belang stelden in onze reis dan in onze papieren.  We zijn terug  in Montana en het eerste stadje dat we tegenkomen is Havre, ik ga eerst binnen in een kleine, plaatselijke supermarkt dat zijn de beste toeristenbureaus die er zijn, de vrouwen aan de kassa weten altijd waar de beste campings en de mooiste plekjes zijn.  Ze vertellen ons dat Wal-Mart, aan de andere kant van de stad, de beste plek is om te overnachten en ze sturen ons naar een klein parkje in de stad, we zetten onze zetels buiten en genieten van het goeie weer en de vriendelijke mensen hier. Er zit nog een familie in het parkje en ze zijn iemands verjaardag aan het vieren, we mogen delen in de feestvreugde want ze geven ons een reuzegroot stuk taart en zo vieren we onze Koen zijn verjaardag toch ook een beetje.  ’s Avonds rijden we naar Wal-Mart en daar staan inmiddels al 8 mobilhomes.


Donderdag 26 juli


We rijden een stukje verder door Montana, richting North Dakota.  We hadden verwacht dat het hier al vlak en saai zou zijn maar alhoewel het niet spectaculair is, is het landschap verre van saai. Montana is echt een mooie staat, de mensen zijn er vriendelijk maar het is alleen jammer dat de winter er zo lang duurt, van oktober tot half juni ligt er bijna altijd sneeuw.  Het is een echte boerenstreek , de boerderijen  staan wijd verspreid tussen de groene heuvels afgewisseld met goudgele graanvelden.  We stoppen in Forth Peck, aan een stuwmeer, waar we ons op een kleine camping zetten.
 

Vrijdag 27 juli


Omdat het weer zo goed is willen we nog een dagje aan het meer blijven,  we hebben gehoord dat je hier vlakbij gratis kan staan dus we gaan een kijkje nemen.  Aan Duck Creek staan we nog dichter bij het meer dan aan de camping en we staan gratis, we zijn niet de enigste die het plekje gevonden hebben want er staan hier zeker 20 mobilhomes maar er is plaats genoeg en het is een gezellige drukte.


Zaterdag 28 juli


Vandaag rijden we North-Dakota binnen, omdat we sneller dan gepland vertrokken zijn uit Canada willen we hier naar het Theodore Roosevelt NP, we gaan ook nog naar South-Dakota voor we echt Oostwaarts gaan rijden.   Als we het eerste stadje in North-Dakota, Williston, binnenkomen weten we echt niet wat we zien, we hadden een slaperig stadje verwacht maar overal rijden grote trucks, zware machines en het gonst er van de bedrijvigheid en de reden daarvan is : olie.  In North-Dakota zit een enorme olievoorraad in de grond, de olie zit op een diepte van 3 km en het was vroeger niet rendabel om hier te boren maar omdat ze nu een nieuw boorsysteem hebben zijn ze vertrokken. Het stadje barst uit zijn voegen, ze zijn overal nieuwe wegen aan het aanleggen, er worden hele nieuwe woonwijken gebouwd en vanuit heel het land komen mensen naar hier om te werken. De Jos rijdt stapvoets door het stadje en de olievelden want hij vindt het zware materiaal waar ze mee werken geweldig om dan nog maar te zwijgen van de supertrucks die hier rondrijden. Het Nationaal Park Theodore Roosevelt is een aangename verrassing, het landschap is mooi en de camping heel rustig.
 

Zondag 29 juli


 Het noorden Van Roosevelt Park hebben we gauw gezien want er is een heel stuk afgesloten dus rijden we naar het zuidelijke deel, 90 km verder.  Ik heb vannacht vreselijk slecht geslapen want ik sta helemaal onder de rode bulten waarvan weet ik niet zeker, de mensen hier op de camping zeggen dat er hele kleine blackflies zitten die door het muggengaas komen.  Je hoort of ziet ze niet maar ze steken veel gemener dan muggen en het duurt een dag of vijf voor de jeuk en de zwelling weg zijn.  Als we in het Zuidelijk deel van het park komen zetten we ons op de camping en doen voor de rest niets meer omdat ik me niet echt goed voel en toch niets anders kan doen dan krabben.


Maandag 30 juli
 

Normaal zouden we vandaag het zuidelijk deel van Roosevelt Park verder verkennen maar we moeten naar een apotheker want het lijkt wel of ik steeds meer rode bulten krijg.  In het eerstvolgende stadje stap ik bij de apotheker binnen en die roepen al direct : “ Oh, my god “, dus je moet niet vragen hoe ik eruit zie. Volgens de apotheker zijn het geen steken van blackflies, ze denken dat ik in contact geweest ben met Poison Ivy, een giftige plant die hier volop groeit, en dat ik daarvan een allergische reactie heb.  Ik krijg een hoop zalfjes, kompressen en medicijnen mee en als het binnen een paar dagen niet weg is moet ik langs bij de dokter. We zien wel, als ik al die zalfjes eens opmaak zullen de bulten en de jeuk hopelijk wel weg zijn. We rijden South-Dakota binnen en zoeken een camping bij een klein meertje.


Dindsdag 31 juli


We zijn onderweg naar Mount Rushmore,  je kan toch geen rondreis in de States maken zonder de beelden in de rots gezien te hebben.  Onderweg naar Mount Rushmore valt het ons op dat er zoveel motors rijden, je hoort overal het zware geluid van Harley Davidsons.  Als we stoppen voor een koffie geraak ik aan de praat met een paar ruige bikers en die vertellen dat er in Sturgis een Harley treffen is waar 500.000 bikers op af komen.   In Mount Rushmore zijn de hoofden van 4 presidenten, Washington, Jefferson, T. Roosevelt en Lincoln in de rotsen gebeeldhouwd.  De beeldhouwer,  Gutzon Borglum, heeft de 14 laatste jaren van zijn leven  gewerkt aan Mount Rushmore , in totaal hebben er 400 mensen aan de beelden gewerkt.  Bijna 90 % van de 450.000 ton verwijderde graniet is weggehaald met dynamiet en daarna begon het beeldhouwen.  Na de dood van Borglum is zijn zoon nog zeven maanden bezig geweest met de afwerking en toen is besloten om Mount Rushmore te laten zoals we het vandaag kennen, een echt Amerikaans icoon dat nog vele generaties Amerikanen zullen gaan bewonderen. 


Woensdag 1 augustus


Vandaag gaan we Custer State Park verkennen,  je kan een rondrit van ongeveer 100 km door het park maken over een bergpas, langs meertjes enz..  We rijden over een bergpas en we moeten door vier smalle tunnels, de Josmobiel heeft niet veel overschot maar we kunnen erdoor.  Custer State Park is echt prachtig met heel vreemde rotsformaties, schitterende meertjes en overal zie je herten en zelfs bizons.  Wij hadden nooit gedacht dat South-Dakota zo mooi zou zijn, het is echt een aangename verrassing.  Het is druk in Custer State Park en het lijkt wel of het onweert maar dat is het geluid van de honderden Harley Davidsons die hier aan het rondrijden zijn, het is echt een prachtig gezicht al die zware motors die op hun gemakje door het park toeren.  Als we ’s middags zitten te eten komen er weer een hoop bikers langs en volgens ons moet je, in de States, om met een Harley te rijden aan een paar voorwaarden voldoen : minstens 120 kg wegen, veel tattoos hebben, een lange (liefst grijze) baard hebben en een sjaaltje op je hoofd dragen want niemand draagt hier een helm, maar al de ruige bikers die we hier gezien hebben zijn stuk voor stuk allemaal even vriendelijk. Tegen de avond rijden we naar Rapid City om wat te winkelen en we blijven dan maar ineens op de Wal-Mart parking overnachten, het begint hier echt wel op een camping te lijken want er zijn er weer minstens tien.  

1 opmerking:

Anoniem zei

jamaar , nou begin ik hier een boek over blacklies te lezen en dan ist poison Ivy . Ik zal eens zien of ik daar wa over kan vinden dan . Eigenlijk moete gij er nogal uitzien he Elly . zelfgeknipt haar en vol mej bulten ;-)) xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx