Vrijdag 13 september
We worden ’s morgens al vroeg gewaarschuwd dat er storm op
komst is, het zou om een storm gaan die vanuit Florida hier wat komt
uitrazen. We rijden naar Truro, een
stadje hier vlakbij en gaan daar wat boodschappen doen en naar de wasserij.
Inmiddels is het al flink aan het regenen maar in de wasserij zit ik droog en
de vrouw van de laundry is blij met een uitgebreide babbel. We hebben een goeie
internetverbinding zodat ik mijn blog en de foto’s van Nova Scotia kan
doorsturen en ook nog eens kan bellen met het thuisfront. Onderweg zien we een
wegwijzers naar een kaasboerderij: “The Dutchman’s Farm” en dat willen we toch
niet missen en inderdaad het is een echte Hollander. Willem Van den Hoek is
afkomstig van Utrecht en is hier begonnen met kaas te maken, met succes, de
Gouda smaakt echt zoals thuis en we kopen dan ook een kilo echte Hollandse
kaas. Tegen de avond rijden we buiten het stadje op zoek naar een slaapplaats,
de mensen in Truro hebben gezegd dat we niet vlakbij een rivier, aan het strand
of onder hoge bomen mogen gaan staan dus dat doen we dan maar niet. In een
klein dorpje vinden we een plekje, op een pleintje zonder bomen en ver van het
water. Voor we gaan slapen is het opgehouden met regenen en er is totaal geen wind
meer dus die storm is goed meegevallen.
Zaterdag 14 september
Vandaag verlaten we Nova Scotia, ik zal altijd een blij en
warm gevoel hebben als ik terugdenk aan Nova Scotia. Alhoewel Nova Scotia zo
groot is al heel de Benelux heb je altijd het gevoel dat het een klein dorpje
is, er wonen in totaal maar 930.000 mensen waarvan er al 220.000 in Halifax
wonen. De rest van de bevolking, hoofdzakelijk vissers, woont verspreid in
piepkleine dorpjes en zijn heel vriendelijk en superrelaxed. We hebben 23 dagen hier rondgetoerd en hebben
maar 3 keer op een camping geslapen, het is zo gemakkelijk hier om wild te
kamperen en niemand schijnt er zich iets van aan te trekken . Inmiddels zijn we de provincie New Brunswick
binnengereden en we parkeren ergens op een strandje. We krijgen al gauw bezoek
van iemand van het dorpje en die zegt dat we zonder problemen hier kunnen
overnachten en dat gaan we dan ook doen. We genieten van het zonnetje en van de
bedrijvigheid in het kleine haventje. Jos gaat kijken als de boten binnen komen
en de kreeften worden recht van de boot verkocht, de koelwagens staan op de
kade te wachten en alles gaat handje contantje.
Zondag 15 september
Gelukkige verjaardag Gwendy
Na een rustige nacht op het strand rijden we verder door New
Brunswick, deze provincie heeft niet het gezellige van Nova Scotia, alles lijkt
killer en saaier. We gaan vandaag maar
eens wat kilometers doen en het lijkt wel of iedereen dood is in New Brunswick,
alle winkels zijn gesloten en er is niemand op straat, alleen de parkings van
de kerken staan vol auto’s. De
opschriften langs de baan staan hier allemaal in twee talen Engels/Frans, New
Brunswick is de enige Canadese provincie die officieel tweetalig is maar er
wordt wel hoofdzakelijk Frans gesproken, een soort Frans dan toch. We rijden
langs de kustweg en de zee hier ligt bezaaid met fuiken voor de kreeftenvangst,
tegen de avond rijden we op de parking van Wal-Mart om te overnachten en we
zijn niet de enigen, er staan al vijf andere mobilhomes.
Maandag 16 september
We doen onze boodschappen bij Wal-Mart en rijden verder door
New-Brunswick richting provincie Quebec.
Bij een informatiecentrum hebben we internetverbinding en we krijgen een
dolgelukkige zoon aan de lijn, onze Koen heeft juist bericht gekregen dat hij
toegelaten wordt op de Universiteit en we samen blij met hem. We gaan de brug
over naar de provincie Quebec, deze provincie is officieel Franstalig maar het
ergste is dat ze denken dat ze Frans spreken, je verstaat er praktisch niets
van. We halen bij de Information Touristique een map op van de provincie Quebec
en vertrekken voor een trip rond het schiereiland Gaspésie met aan de éne kant
de Bay de Chaleur en aan de andere kant de St. Lawrence Bay. Het is hier een pak mooier en gezelliger dan
in New Brunswick, gezellige dorpjes aan de Bay de Chaleur en tegen de avond
zien we minstens 20 herten lopen. We parkeren, naar goede gewoonte, op een
pleintje in een dorpje, Gesgapegie, om te overnachten.
Dinsdag 17 september
We rijden verder over het schiereiland Gaspésie, het ligt in
het Oosten van de provincie Quebec en aan de éne kant ligt de Baie de Chaleur
en aan de andere kant de St. Laurens Bay.
De zon staat te stralen aan de hemel en we zoeken al gauw een mooi
plaatsje, vanaf de weg zien we een verlaten strandje en via een vreselijk
slechte weg geraken we ter plekke. ’s
Middags steken we de barbecue aan en we blijven tot in de late namiddag op het
strandje, de zon heeft veel kracht maar er staat een strakke, frisse wind zodat
we met een dikke fleece aan in het zonnetje zitten. Om te overnachten gaan we
een ander plekje zoeken want als het vannacht eventueel zou regenen dan geraken
we hier moeilijk of niet meer weg. Een paar dorpjes verder zetten we ons op een
klein strandje vlakbij het dorp.
Woensdag 18 september
Goed uitgeslapen rijden we verder langs de Baie de Chaleur
en de zon is ook weer van de partij. Tegen de middag stoppen we aan een
strandje en eten daar, we volgen een hele groep Jan-van-Genten die aan het
vissen zijn, het is een prachtig gezicht als ze zich als een speer in het water
laten vallen om een vis te pakken. Na
een paar uur verjaagd de wind ons en rijden we verder naar het plaatsje Persé
waar we de Roche Persé bewonderen, Persé is vreselijk toeristisch en we laten
het snel achter ons. Een half uurtje voorbij Persé zien we vanaf de weg weer
een kleine inham, het is echt een juweeltje en we zitten hier helemaal uit de
wind. We hebben van hieruit een prachtig uitzicht op de Roche Persé en als we
ook nog een paar dolfijnen zien zwemmen besluiten we hier te blijven
overnachten.
Donderdag 19 september
We zijn op de punt van Het schiereiland Gaspersie waar de
Baie de Chaleur overgaat in de Lawrence Bay en we hebben het noordelijkste punt
van onze reis bereikt. De zon is nog
altijd van de partij en we stoppen op een plekje waar bevers enorme dammen
gebouwd hebben, Jos ziet een bever zwemmen maar ik heb niets gezien. Tegen de avond parkeren we ergens aan de
Lawrence Bay en omdat de wind fel is aangewakkerd, eten we binnen. Het is zo
gemakkelijk om hier een plekje te vinden voor de nacht, elk dorpje heeft wel
een plek met banken, W.C’s en drinkwater waar je kan staan zodat je eigenlijk
geen camping nodig hebt.
Vrijdag 20 september
We worden wakker onder een grijze hemel en het is een stuk
kouder. Voor het grootste deel loopt de weg langs de Lawrence Bay maar af en
toe rijden we door het bos, de bladeren zijn aan het verkleuren en het is een
prachtig kleurenpalet van groen, geel, bruin tot knalrood. Als we ’s middags stoppen om iets te eten
zien we dat onze achterband zwaar beschadigd is en we willen zo snel mogelijk
naar een dorpje, 6 km verder. We zijn
nog maar juist terug op de baan als de band het begeeft en we staan zowat op de
moeilijkste plaats om een band te wisselen, tussen de bergen en de zee en recht
in de koude, felle wind. We zijn al een
heel eind gevorderd als er een paar mannen stoppen en we zijn heel blij met hun
hulp zodat we snel terug in de auto kunnen kruipen. Vannacht slapen we hier nog aan de kust maar
morgen trekken we het bos in.
2 opmerkingen:
Amai ,...da klinkt allemaal weer knap ( behalve New Brunswick dan, want daar is iedereen dood en daar heb je niks aan de mensen dan hej) Nen hoop Franssprekenden die geen Frans spreken is wel interessant :-)
Nen dikke kus xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
( Koen, Dikke proficiat he jom!)
wij zitten hier overdag ook al me nen dikke fleece aan,brrrrrr
da zal wel smaken ,zo'n lekker
stukske kaas op den boterham of s'avonds mej een glaske wijn,mmmmmmm,geniet ervan
en dikke proficiat voor de koen
dikke xxx
Een reactie posten