donderdag 26 september 2013

Provincie Quebec


Zaterdag 21 september

 
We zijn onderweg naar het Nationaal Park La Gaspésie, een eindje van de kust vandaan en ook hier zien de bossen er prachtig uit met hun herfstkleuren.  In het NP gaan we een camping nemen want vrij kamperen is hier echt verboden, dat wordt de 4de camping op onze reis.  We checken in bij de parkwachters en bespreken een plekje op de camping aan het Lac de Cascapedia, ze vragen 38 dollar voor één nachtje op de camping, zonder elektriciteit en de douches werken met munten.  De campingplaatsen zijn mooi en helemaal in het bos gelegen maar dan nog, als dit nu een spectaculair park was zou ik die tarieven kunnen begrijpen.  De Canadezen moeten toch echt eens in de USA gaan kijken hoe ze het daar doen in de Nationale Parken. Zelfs in een park als Yellowstone, wat een fantastisch NP is en waar echt iets te zien is, vragen ze voor een camping zonder elektriciteit maar 18 dollar.  Wij gaan een flinke wandeling, langs het meer, maken en hopen elanden te zien maar er zijn vandaag veel wandelaars en elanden zijn schuw dus daar zal niets van komen, in ieder geval schijnt het zonnetje en van wind merk je hier in het bos niets.  ’s Namiddags testen we onze 4x4 nog eens uit op de gravelwegen in het park en we blijven, zonder resultaat, zoeken naar elanden.

 
Zondag 22 september

 
Het is vannacht al beginnen regenen en het ziet het naar uit dat het is voor de hele dag is. We rijden het NP uit want met zo’n weer kan je hier weinig of niets doen en elanden zien we voorlopig alleen op de verkeersborden met “overstekende elanden”.  Het is het perfecte weer om de was te doen en we stoppen dan ook bij de eerste laundry die we tegenkomen.  We besluiten maar een eind te gaan rijden want veel anders kan je niet doen met zo’n weer en na een uurtje rijden komt de zon voorzichtig door de wolken piepen.  Vanaf de weg zien we onder ons een klein strandje met uitzicht op een rots vol vogels, dit wordt ons plekje voor de nacht.  Als we nog wat buiten zitten horen we ineens iemand zeggen :” zijn jullie Belgen, hoe komen jullie hier terecht”?  Het is een Hollands koppeltje, ze zijn op bezoek bij familie en maken een rondreis over het schiereiland Gaspésie.  Ze blijven een hele tijd bij ons hangen voor een gezellige babbel en dat gaat een stuk vlotter dan met de mensen van hier, ik versta nog altijd geen woord van dat Frans van Quebec.

 
Maandag 23 september

 
Gelukkige verjaardag Aldo.

 
Wat een rotdag vandaag, het regent pijpestelen als we opstaan en dat blijft het de hele dag doen. Vandaag kunnen we eigenlijk niets anders doen dan een flink stuk rijden, we maken nog een omweg door het binnenland maar daar is het even erg dus dan maar terug naar de zee. Tegen de avond zijn we een heel stuk verder dan gepland, we zijn in Trois Pistoles waar je een ferry kan nemen naar de andere kant van de St. Lawrence Bay en dat gaan we morgen doen in de hoop dat het aan de andere kant van het water beter is.  We komen mensen tegen van Lyon en die gaan morgen gelijk met ons de boot op, samen overnachten we in het haventje bij de ferry.
 

Dinsdag 24 september

 
Gelukkige verjaardag Liesbethje    xxxxxxxxxxxx

 
We zijn al voor 8 uur bij de ferry maar de Fransen zijn ons toch al voor, op de ferry wordt de Josmobiel vakkundig vastgemaakt, het water ziet er redelijk kalm uit.  Om aan de andere kant van de rivier te komen moeten we anderhalf uur varen, ik kan naar boven om over het water te kijken maar Jos moet in de auto blijven zitten.  Jos is blij dat we aan de overkant zijn want het werd toch wel heel koud in de auto, er was toch redelijk wat wind en die stond recht op de auto.  Het eerste wat we doen als we aankomen is een goede internetverbinding zoeken om met ons Liesbeth te bellen, ze wordt vandaag 29 jaar en we willen haar natuurlijk een dikke proficiat wensen.  Alhoewel het nog frisjes is, is het weer een stuk beter dan aan de andere kant en we rijden naar Tadoussac, een plaatsje aan de Saugenay fjord.  Als we daar een beetje staan te whale watchen komt er een grote truck, met een Duitse nummerplaat, aangereden.  We maken kennis met Hans en Karola en het is een aangename kennismaking, we besluiten samen een plekje te zoeken om te overnachten en we vinden een schitterende plek met zicht op zee.

 
Woensdag 25 september

 
We nemen afscheid van Hans & Karola maar we zullen elkaar zeker weerzien want ze gaan deze winter ook richting Florida, Texas. Waarschijnlijk zullen we nog meer oude bekenden tegenkomen want we horen van Hans dat Bruno & Renate, die we 4 jaar geleden leerden kennen in Argentinië, hier ook ergens rondzwerven. We volgen de weg langs de Saugenay Fjord en het is echt mooi hier, het helpt natuurlijk ook wel dat de zon schijnt dan is alles mooier en beter.  ’s Middags stoppen we bij een rivier en halen de barbecue tevoorschijn en  we zijn er bijna zeker van dat er weinig mensen op de wereld zo’n mooi picknick plekje hebben deze middag.  We zijn hier gekomen om Beluga’s (witte walvissen) te zien dus rijden we naar Baie St. Marguerite, dit zou de beste plaats zijn om beluga’s te zien.  Als we daar aankomen moeten we een wandeling van 6 km maken om de baai te bereiken, het wandelpad gaat door het bos, het gaat al direct steil bergaf maar we zien straks wel hoe we terug bergop geraken.  Na een stuk gewandeld te hebben komen we bij een hangbrug en die doet ons de das om, dit is echt onmogelijk met de rolstoel dus draaien we terug en terwijl de Jos al kreunend bergop rijdt vloekt hij nog wat op de Canadezen. We rijden verder naar een andere baai en daar is het druk, er zijn juist twee bussen met toeristen aangekomen en de Josmobiel wordt evenveel gefotografeerd als het haventje hier. Vlakbij de kleine baai vinden we een rustige slaapplaats.

 
Donderdag 26 september

 
We rijden verder de Saugenay fjord in en we blijven ons verbazen over de geweldige herfstkleuren, we nemen elke afslag naar een baai maar zien geen walvissen, het enige dier dat we onderweg zien is een groot stekelvarken. ’s Middags picknicken we met zicht op de Saugenay fjord en vervolgen onze weg over de barslechte Canadese wegen.  Als we iets later weer bij een kleine baai staan geraken we in gesprek met iemand die heel zijn leven hier al woont en die heeft in de baai nog nooit een walvis gezien dus dat wordt niks hier. Tegen de avond zien we een kleine camping aan het strand, het is een camping van de gemeente en ze is prachtig gelegen dus we gaan hier overnachten, we staan er nog maar juist als we een walvis boven zien komen dus de Jos zijn dag is toch nog goed.

Geen opmerkingen: